Angst voor corona

Angst voor het Coronavirus

Corona was een nog onbekende kracht (en is het deels nog); een virus waar we nog niet veel van wisten, wat zou het virus gaan aanrichten? Veel mensen hebben angst voor besmetting met het coronavirus. Wat moeten we met die angst, wat is angst eigenlijk en wat heeft het ons te zeggen?
Het woord angst heeft met eng, engte, beknelling te maken. Bij angst is er geen ruimte, alles trekt samen. En we trekken ons terug, kruipen in onze schulp, vaak omdat we iets niet willen. We zijn bang voor iets wat pijn zal doen, verlies zal geven, wat grote onzekerheid gaat brengen, een angst voor het onbekende. Met als gevolg: terugtrekken, vermijden, blokkeren. Onze angstige ziel is een scheepje in nood, is een scheepje dat in een veilige haven wil blijven als er buitengaats een storm opsteekt.
Na het in angst samentrekken van de ziel, kan er als een reactie ook juist een sterke uitbreiding van de ziel volgen. Zichzelf verliezen, in paniek raken, lamme benen krijgen, het woord hysterie is gevallen. Vaste grond onder de voeten is verdwenen. Angst kan als tegenreactie ook agressie wekken.
Zo werkt het vaak bij mannen. De angst wordt gemaskeerd door boosheid, een kracht naar buiten.
Bij het coronavirus is er voor risicopatiënten een dreiging. Een risico op ernstig ziek worden, erg benauwd worden, op de intensive care terecht komen en daar misschien sterven. Al wekenlang wordt het ons door de media tot in details voorgeschoteld. Die hebben vooral aandacht voor wat dreigt mis te gaan. Waar dat kan, gooien zij olie op het vuur van angst en onzekerheid. Natuurlijk is er een urgente situatie. Maar in de storm is er vooral een koelbloedige kapitein op het schip nodig.
Een deel van de angst is terecht: het moet voorkomen worden dat ziekenhuizen overbelast raken. En ja, het gebeuren op de intensive care is indrukwekkend – zoals altijd. Heeft het wel zin om daar allerlei verhalen over te lezen? Nee, het heeft geen nut, het geeft alleen maar nóg meer angst.

Welk deel van de angst is níet helemaal terecht en hoe kom je daarachter? Hoe dat deel van onterechte angst te ontmaskeren? Nadenken kan helpen. En zich breed te informeren. Pas na vele weken verschenen er soms artikelen die de corona epidemie in een kader plaatsten. Bijvoorbeeld de vergelijking met de jaarlijkse griep. Die kostte de afgelopen jaren duizenden mensen het leven, 2000 tot 9000 overlijdensgevallen per jaar. In Nederland overlijden dagelijks aan allerlei oorzaken sowieso 380 mensen. Sommigen kunnen daar misschien boos over worden en menen dat corona niet met griep te vergelijken is. En het gevoel krijgen dat de situatie gebagatelliseerd wordt. En ja, dit nieuwe coronavirus is zeker anders, is bij kwetsbare patiënten beschadigend voor de longen. Er spelen zich ook zeker dramatische taferelen af. Maar er zijn ook overeenkomsten. Ieder jaar, iedere winter overlijden veel mensen aan virusinfecties. Hoe verdrietig ieder overlijden ook is, het is nu eenmaal zo dat oudere mensen een keer gaan overlijden. Net als bij de griep zijn nu met de corona verreweg de meeste overledenen tachtig jaar of ouder met meerdere onderliggende ziektes. Ieder mens, ongeacht de leeftijd, verdient daarbij optimale medische zorg en begeleiding, en liefdevolle aandacht.

Met dit soort overwegingen kunnen we ons enigszins wapenen tegen alle negatieve berichten, tegen de dagelijkse, deprimerende cijfers van corona sterfgevallen. We kunnen proberen het probleem meer in zijn verband te zien. Zo kunnen we er iets tegenoverstellen, en wellicht zelfs een beetje moed vatten. De hele kwestie wel serieus nemen, maar tegelijkertijd het geheel blijven zien.
Vanuit de antroposofie kunnen we het in een nóg groter geheel zien. De antroposofie richt zich niet alleen op de gewone zichtbare wereld, maar ook op de diepere achtergronden van het bestaan, op de geestelijke wereld. Nogmaals, niet om de huidige crisissituatie te kleineren, maar omdat die geestelijke kant van het bestaan er ook bij hoort. Veel mensen geloven niet in een geestelijke wereld en hen zal het niets zeggen. Maar voor wie daar wel mee leeft, is het misschien nuttig de blik ook eens die kant op te richten. Voor wie wel in een hiernamaals gelooft komt sterven in een ander daglicht te staan. Sterven is niet het einde van het leven maar een overgang naar een ander bestaan, een geestelijk bestaan. Bij het sterven gaat de mens over naar een hogere wereld. En die hogere wereld, ook wel de hemel genoemd, dat is ons thuisland. Mensen die daar bij een bijna-dood ervaring wel eens iets van hebben gezien, willen eigenlijk niet meer terug naar de aarde.
Bij de overgang naar die wereld worden we begeleid. We worden begeleid door onze beschermengel. Ook in het gewone leven leidt de beschermengel ons door moeilijke en belangrijke fasen heen. Veel mensen voelen daar wel eens iets van, voelen dat hun leven niet toevallig verloopt. Dat op bijzondere momenten, bijvoorbeeld door een onverwachte ontmoeting, het leven een andere wending krijgt. De beschermengel is er altijd, en kan altijd om hulp gevraagd worden.
Het kan misschien een beetje vertrouwen geven als we weten dat we zo begeleid worden.  Het zou mooi zijn als we dat ook nu in het achterhoofd zouden kunnen houden. De kunst zou zijn, het leven te nemen zoals het komt, ook in deze spannende tijd.
Van Rudolf Steiner komt een soort gebed wat hierover gaat; de overgave waarvan hier sprake is, is bepaald geen makkelijk doel. Maar wellicht brengt het toch iets. Het is de tegenhanger van de angst.

 

Wat ook komen mag,

wat mij ook het volgende uur,

de volgende dag brengen mag:

Ik kan het, als het mij volledig onbekend is,

door geen angst veranderen.

Ik wacht het af,

met volledige innerlijke rust, in volmaakte zielenrust.

Door angst en vrees wordt onze ontwikkeling tegengehouden;

wij stoten door vlagen van angst terug,

wat uit de toekomst in onze ziel opgenomen wil worden.

De overgave aan wat men goddelijke wijsheid in de gebeurtenissen noemt,

de zekerheid, dat datgene wat komt,

komen moet en dat het op de een of andere wijze zijn goede werking zal hebben,

het oproepen van deze stemming in woorden, in gevoelens, in ideeën

dat is de stemming van het overgavegebed.

Dat is één van de dingen die we in deze tijd moeten leren:

uit louter vertrouwen te leven zonder bestaanszekerheid,

uit het vertrouwen op de immer aanwezig zijnde hulp van de geestelijke wereld.

Anders gaat het in deze tijd niet, als we niet de moed willen laten zakken.

Laten we onze wil voortdurend sterken

en proberen haar te wekken iedere morgen en iedere avond.

 

Rudolf Steiner

 

Dit gebed is niet fatalistisch bedoeld. Dit gebed geeft een mogelijkheid om innerlijk krachten te bundelen. Het is verder juist goed als we alles doen wat we kunnen om onszelf en anderen gezond te houden. Angst en passiviteit werkt ondermijnend. Actief worden en vertrouwen oefenen maakt sterk.

 

 

 

Huib de Ruiter